woordsoorten: ww zn bn en bw

Vragen:
1. ZELFSTANDIG NAAMWOORD: In de zee zwemmen erg veel vissen.antwoord (optioneel): vissen
2. BIJVOEGLIJK NAAMWOORD: In de zee zwemmen erg veel vissen.
antwoord (optioneel): veel
3. BIJWOORD: In de zee zwemmen erg veel vissen.
antwoord (optioneel): erg
4. WERKWOORD: Wij spelen dan een voetbalwedstrijd.
antwoord (optioneel): spelen
5. BIJWOORD: Wij spelen dan een voetbalwedstrijd.
antwoord (optioneel): dan
6. WERKWOORD: Joppe gaat morgen op vakantie.
antwoord (optioneel): gaat
7. BIJWOORD: Joppe gaat morgen op vakantie.
antwoord (optioneel): morgen
8. ZELFSTANDIG NAAMWOORD: Joppe gaat morgen op vakantie.
antwoord (optioneel): vakantie
9. WERKWOORD: Dat huis heeft een rieten dak.
antwoord (optioneel): heeft
10. BIJVOEGLIJK NAAMWOORD: Dat huis heeft een rieten dak.
antwoord (optioneel): rieten