Woordbenoemen; m.b.v. afkortingen
Vragen:
1. DE zanger heeft op het plein zijn nieuwe lied gezongen.antwoord (optioneel): lw
2. De ZANGER heeft op het plein zijn nieuwe lied gezongen.
antwoord (optioneel): znw
3. De zanger HEEFT op het plein zijn nieuwe lied gezongen.
antwoord (optioneel): hww
4. De zanger heeft OP het plein zijn nieuwe lied gezongen.
antwoord (optioneel): vz
5. De zanger heeft op HET plein zijn nieuwe lied gezongen.
antwoord (optioneel): lw
6. De zanger heeft op het PLEIN zijn nieuwe lied gezongen.
antwoord (optioneel): znw
7. De zanger heeft op het plein ZIJN nieuwe lied gezongen.
antwoord (optioneel): bvnw
8. De zanger heeft op het plein zijn NIEUWE lied gezongen.
antwoord (optioneel): bnw
9. De zanger heeft op het plein zijn nieuwe lied GEZONGEN.
antwoord (optioneel): vdw
10. De zanger heeft op het plein zijn nieuwe lied gezongen EN deed het heel mooi.
antwoord (optioneel): vw
11. De zanger heeft op het plein zijn EERSTE liedje gezongen..
antwoord (optioneel): rtw
12. De zanger heeft op het plein ALLE liedjes gezongen..
antwoord (optioneel): tw
13. De zanger heeft op het plein tien liedjes gezongen..
antwoord (optioneel): tw
14. Deze opdracht vond IK wel makkelijk.
antwoord (optioneel): pvnw