Werkwoorden groep 7-8

Vragen:
1. Bakken- Zij hebben ..... aardappels gegetenantwoord (optioneel): gebakken
2. Verloten vt- Hij ..... kaartjes voor het concert
antwoord (optioneel): verlootte
3. Geloven tt- Jullie ...... hem toch niet?
antwoord (optioneel): geloven
4. Bloeden vt- Zijn wondje ...... maar heel even.
antwoord (optioneel): bloedde
5. Bieden tt- De directeur van het museum .... 1000 euro voor dat schilderij.
antwoord (optioneel): biedt
6. Verbinden vt- Hij .... de playstation met het digibord.
antwoord (optioneel): verbond
7. Voeden tt- De kinderoppas .... de baby.
antwoord (optioneel): voedt;voedt.....
8. Krassen vt- Het kind .... met een tak over de lak van de auto.
antwoord (optioneel): kraste
9. Bezoeken vt - Het meisje ....... gisteren de dierentuin met haar familie.
antwoord (optioneel): bezocht
10. Worden vt - Ik ...... vannacht wakker door een onweersbui.
antwoord (optioneel): werd
11. Veranderen - Die winkel is in een paar jaar tijd enorm .......
antwoord (optioneel): veranderd
12. Helpen vt - Hij .....haar enorm door de zware dozen te tillen.
antwoord (optioneel): hielp
13. Leren - Hij heeft de hele nacht voor zijn examen .........
antwoord (optioneel): geleerd
14. Verslapen - Ze hebben zich vanmorgen allebei ......
antwoord (optioneel): verslapen
15. Branden tt- De open haard ..... de hele avond al.
antwoord (optioneel): brandt